omdat er altijd iets te vertellen is

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter
  • Linkedin
  • Dansen met Herinneringen

    Onlangs voltooide ik na jaren dromen eindelijk mijn eerste roman: Dansen met Herinneringen. Een roman geschreven voor mijn vader, om ze nog eenmaal samen op avontuur te sturen en ze afscheid te laten nemen op de manier die het leven hen niet toestond. Eind dit jaar in de winkels.

  • Wist je dat...

    ik naast teksten voor tijdschriften en boeken ook songteksten schrijf? Ik doe dat o.a. voor Edsilia Rombley, Jeroen v.d. Boom, Antje Monteiro, Vinzzent enzovoort. Voor laatstgenoemde scoorde ik eind 2011 eindelijk mijn eerste gouden plaat!

  • Robin...

    En dit is Robin. M'n allerbeste vriendje en geboren op 15 februari 2011. Het is echt een lieverdje en daar zijn we blij mee. Het maakt al het overige veel minder belangrijk.

  • Schrijven en vertalen

    Mijn dagelijks brood verdien ik met vertalen en copywriting voor bladen als Computer! Totaal, Tekst.nl, Tips en Trucs, Laikabooks enzovoort. Lekker druk, maar er is altijd ruimte voor meer. Snel iets goeds nodig? Mail me dan.

Posted by Unknown - - 12 reacties

Afgelopen zaterdag bezocht ik een theatervoorstelling van Ali B, genaamd Ali B geeft antwoord. Waarop dan? Ja, dat is een beetje waar de theatershow om draait. Ik ben nooit een gigantische fan geweest van Ali B, vond het altijd een beetje, tja, wat zal ik zeggen, de Tatjana Simic onder de Marokkanen: je intelligenter voordoen dan je bent. Ergens wist ik het wel dat ik het bij het verkeerde eind had (wat Ali B betreft dan, zeker niet wat Tatjana betreft), maarja, je aan iemand ergeren is nu eenmaal lekker makkelijk, dus daar bleef ik in hangen.

Waarom tel ik dan 20 euro neer voor een kaartje voor een show waar ik niets van weet? Omdat iemand die ik dit jaar heb leren kennen me had aangeraden om die show te bezoeken als ik de kans kreeg. De voorstelling speelde zich zo’n 500 meter van mijn huis af, hetgeen ik prima vond kwalificeren als ‘de kans krijgen’. Met een select groepje zijn we naar de voorstelling gegaan. Ik herinner me nog dat ik tegen m’n zusje zei: ‘Ik weet echt wel dat ik hier redelijk bekeerd naar buiten ga lopen’. Bekeerd richting Ali B uiteraard, niet richting de Islam.  Het bleek een understatement.

Wat een bijzondere voorstelling was dat. Ali B geeft antwoord. Maar waarop dan? Op een beetje onnozele vragen uit een wat suffig publiek vol huiverige Lelystedelingen. Het maakte niet uit, want Ali B wist allang wat hij zou gaan vertellen. Tenminste, dat, óf hij heeft echt twintig theaterprogramma’s in zijn hoofd en dat lijkt me schier onmogelijk. Met één stukje uit de voorstelling maakte hij zich, in mijn ogen althans, onsterfelijk. ‘Als je ergens heel erg tegen bent, dan draag je in feite bij aan dat waar je tegen bent. Je kunt veel beter positief zijn, en vóór hetgeen zijn dat het tegenovergestelde is van dat waar je tegen bent’. Toen hij die woorden voor het eerst uitsprak klonk het als onzin. Maar na zijn uitleg werd duidelijk dat het precies inhaakte op mijn favoriete theorie waarover ik al zo vaak geschreven heb: ‘Duisternis is niets anders dan de afwezigheid van licht. Doe onaardig tegen iemand die je slecht behandelt, en je wordt zelf precies die persoon. Blijf positiviteit sturen en je zult die persoon uiteindelijk veranderen’.

Het was de kennis die ik al had, verpakt in een prachtige zin ‘wees niet tegen, maar wees voor het tegenovergestelde van dat waar je tegen bent’. Het was één van die levensveranderende momenten, zo’n moment dat je denkt, dit wil ik vasthouden, hier wil ik iets mee doen. Wat een bewondering kan iemand in een paar uur kweken en wat voelde ik me dom en oppervlakkig achteraf.

Maar wat ik dan altijd nog het mooist vind, is wanneer ik me realiseer hoeveel er voor nodig was om mij in die zaal te krijgen zaterdagavond. Ik was daar nooit geweest als ik Jan Jaap niet had ontmoet. Jan Jaap had ik nooit ontmoet als ik mijn boek niet had geschreven en op Ten Pages had gezet. Dat had ik nooit gedaan als Mickey (mijn grote vriend in LA) me niet had overgehaald om mijn boek te schrijven, Mickey die ik nooit had ontmoet als ik het tijdschrift niet was begonnen dat ik samen met Martine was gestart. Het tijdschrift dat ik nooit zou hebben gehad als ik Martine niet had ontmoet. Zo kan ik nog veel verder terug. Dat klinkt melodramatisch, maar waarheid is het wel. Honderden, misschien wel duizenden kleine gebeurtenissen waren nodig om ervoor te zorgen dat ik op zaterdag deze prachtige les mocht leren. En dan heb ik het nog niet eens over wat er voor nodig was om ervoor te zorgen dat Ali B op een zaterdagavond optrad in Lelystad.

Wat is de wereld toch een wonderlijke plek.
[ Read More ]

Posted by Unknown - - 4 reacties

Ik zou je willen zeggen,
hoe het voelt dat jij er bent.
Maar een woord voor zoveel liefde,
heb ik nog altijd niet herkend.

Ik zou je willen vragen,
hoe je het leven nu ervaart.
Maar de blik die je me toewerpt,
is veel meer dan woorden waard.

Graag zou ik je beschermen,
voor al het slechte om je heen.
Helaas kan dat maar een klein beetje,
de grootste strijd vecht je alleen.

Ik kan niet zeggen, vragen, redden,
hoe graag ik dat ook willen zou.
Dus hoop ik maar dat je aan alles voelt,
hoeveel ik van je hou.

Papa
[ Read More ]

Posted by Unknown - - 1 reacties



Het is de zin waar Martine in de acht jaar dat we samen zijn een gruwelijke hekel aan heeft gekregen. Ik heb namelijk jeuk op mijn rug. Niet soms, niet vaak, maar eigenlijk altijd. Nu schijnt dat niet een persoonlijk manco van mij te zijn, maar een probleem waar het hele mannelijke geslacht mee te maken heeft, het is een verslaving. Overdag openbaart het zich niet echt, dan ben ik gewoon aan het werk en is er niets aan de hand.

Maar ’s avonds? Zo vlak voor het slapen gaan, ja dan openbaart het zich ineens. Zo’n kriebel, midden op je rug, waar je met de beste wil van de wereld niet bij kunt met je eigen armen. Het liefst gaat Martine eerder slapen dan ik, want ik ga haar niet wakker maken (hoogstens een keer iets te hard binnekomen ‘oeps sliep je?’. Gaan we tegelijk slapen, dan is ze sowieso de pineut. ‘Kun je zo wel even krabben?’, waarop een lange tragische zucht klinkt aan de andere kant van de kamer. Ik weet dat het haar irriteert, ik weet dat ze het zat is, maar de jeuk, de jeuk!

Erger is nog als de rollen zijn omgedraaid. Dan ben ik moe en ga eerder slapen dan zij. Dan komt ze heel zachtjes de kamer binnen, want ze wil me niet wakkermaken. Deels omdat ze lief is, deels omdat ze dan haar lot ontloopt. Op haar tenen loopt ze naar het bed, gaat tussen de lakens liggen, trots dat ik nog altijd niet wakker ben. Twee punt drie seconden heb ik dan. Want als ze eenmaal lekker ligt, dan kan ik het schudden. ‘Kun je even krabben?’ roep ik snel. ‘Fuck, fuck, fuck!’ ze roept het niet, maar ik hoor het haar denken.

Dan is het natuurlijk nog de vraag wat voor soort jeuk het is. Want de mannelijke rug kent belachelijk veel soorten jeuk. Je hebt de lokale prikjeuk, die netjes op één plek blijft, maar die zich verstopt als je krabt. Om daarna stiekem en venijnig terug te keren als de krabber weer is vertrokken. Dan is er nog de racejeuk, de jeuk die begint, maar gaat reizen zodra er gekrabd wordt. ‘Ja daar! Nee, naar links, links, andere links! Naar beneden, oh nee stukje terug, ja daar! Oh, toch niet’. Bewonderenswaardig hoe de krabber altijd netjes begint met orders opvolgen en op het laatst uit frustratie vol de nagels over je hele rug haalt, om zo effectief jeuk te vervangen door pijn.

De ergste jeuk is echter de fantoomjeuk. De jeuk die je voelt, maar niet kunt plaatsen. ‘Waar heb je jeuk dan?’ ‘Ja volgens mij links op mijn rug’ ‘Hier’?  ‘Hmmm misschien toch mijn arm’. De krabber is kansloos en fantoomjeuk resulteert altijd in twee gefrustreerde mensen. De één omdat ze voor niets heeft gekrabd, de ander omdat het euvel niet is verholpen.

Nachtenlang heb ik in bed gefantaseerd over complete systemen die je zou kunnen bedenken om dit probleem op te lossen. Een t-shirt met vakjes op je rug, met corresponderend schema op papier. ‘De jeuk gaat nu van A5 naar B3, haast je!’ Een spijkerbed klinkt ook zo fijn, of een ruggenkrabber met scherpe punten ipv die botte houten krengen (slecht plan, slecht plan).

Ik heb de jeuk altijd verfoeid, maar gisteren had ik, uiteraard tijdens het krabben, een gesprek met Martine. Ineens realiseerde ik het me ‘Weet je?’ zei ik. ‘Mocht onze liefde ooit doven, mocht zelfs Robin ons niet meer bij elkaar kunnen houden, dan zal de jeuk ons huwelijk redden’. Ik zou vast kunnen leren van iemand anders te houden, maar krabben zoals zij? Dat kan na acht jaar niemand beter!
[ Read More ]

Posted by Unknown - - 1 reacties

Ik zou willen dat het een titel was die ik zelf had bedacht, maar het is de titel van een prachtig liedje van Stef Bos. Nouja de tekst is dan prachtig, want ik vind nog steeds dat Stef Bos zingt als Bob Ross die z’n borsthaar laat epileren.

Een hele simpele zin, maar wat zit er een verhaal achter. Ik vroeg het me vanavond weer eens af na een gesprek met een oude bekende. Ze vond me veranderd, iets dat ik kon beamen. Ik ben niet meer dezelfde als vijf jaar geleden (wie wel) en daar ben ik dankbaar voor. De laatste jaren heb ik ineens heel sterk het gevoel dat ik weet wat ik kan en wat ik wil en dat ik doe waar ik goed in ben. Dat heeft me rust gegeven. Natuurlijk haalt dat ook de uitdaging weg in de dingen die ik doe, maar voor nu vind ik het fijn. De rust van jezelf zijn.

Maar is dit hem dan? Is dit de Martin die ik had moeten zijn en altijd op weg was te worden? Toen ik 8 was liep ik over een pad naar school en besloot dat later, als ik een man was, dan zou ik dit pad nogmaals bewandelen, terugdenkend aan deze dag, een brug in gedachten slaan tussen twee perioden in mijn leven. Is die periode aangebroken? Als dat zo is, dan weet ik niet of ik daar blij mee ben, want er is nog veel meer dat ik wil doen, veel meer dat ik wil zijn. Iemand die niet zoveel piekert, die leert te genieten van wat hij heeft en niet te balen wat wat hij had willen hebben en wat misschien nooit meer komt.

Is dit nu later als je groot bent? Zijn de herinneringen die ik koester aan dat ene leuke sinterklaasliedje in Kinderen voor Kinderen, aan Bassie en Adriaan (verrek, de robot heet Robin!), aan Masters of the Universe, Spanning in Slagharen, aan Captain Planet en de ViewMaster, zijn dat nou mijn ‘vroeger toen alles beter was’ momenten? Ik vraag het me regelmatig af. Ik ben pas 32, en tegenwoordig begint het leven geloof ik bij vijftig, dat is geruststellend.

Ik weet nog goed dat ik op mijn 18e de laatste gang maakte met mijn klasgenoten naar de Mediatheek op school, me volledig bewust (te bewust) dat dit het einde was van een tijdperk. In slow-motion met muziek, want zo werkt mijn hoofd. Ik weet nog precies mijn gedachten, me bewust van het feit dat er een leven op me wachtte vol onverwachte gebeurtenissen die mijn visie op alles volledig zou veranderen, zou doen rijpen. Ik kon dat moeilijk verkroppen: weten dat je nog niets weet, dat je nog een groentje bent en niets anders kunnen doen dan wachten tot de jaren, het geluk en het leed die kennis bij je komen brengen.

Stiekem mis ik hem nog wel eens, oude ik. Oude ik die meningen had. Die vond dat het feit dat ergens een handleiding voor bestond, niet betekende dat het ook daadwerkelijk zo moest zijn. Immers de handleiding was ook door iemand geschreven. Die vond dat je altijd moest zeggen waar het op staat, ook al kostte je dat je leuke baan bij Veronica. Het was een maf mannetje. Ik weet het niet, is dit nu later als je groot bent? Ben ik over vijf jaar totaal iemand anders en kijk ik dan lachend terug op alles dat ik nu dacht te weten?

De tijd zal het wederom leren. Voorlopig zie ik mezelf nog niet op dat pad lopen, al realiseer ik me telkens wanneer Robin me vol bewondering aankijkt, dat ik geen jongetje meer ben. Misschien is groot zijn dan niet iets dat je voelt, maar iets dat men in je ziet. In dat geval mag het vandaag zijn. Voor Robin.
[ Read More ]

Posted by Unknown - - 4 reacties

Gisteren las ik een pijnlijk bericht op de Telegraaf over twee vrouwen op een oranje tandem, die in Argentinië geschept waren door een vrachtwagen. Hartstikke dood. Opmerkelijk vond ik het wel, want een oranje tandem lijkt me nou niet echt eenvoudig te missen (al heeft de chauffeur dat letterlijk gesproken ook niet gedaan), maar onwerkelijk vond ik het des te meer. De twee dames hielden namelijk een blog bij, zei de Telegraaf en tja, dat moest ik even Googlen. Dan lees je dus een vrolijk bericht over dankbaarheid, beseffen hoe goed je het hebt, geschreven door het betreffende tweetal op dezelfde dag. Stukje getypt, laptop dicht, naar buiten en boem! Over.

Nog pijnlijker is dat je kunt terugbladeren in de reacties. Alsof je het leven kunt terugspoelen, terug in de tijd kunt gaan tot het moment waarop het tragedie niet meer is. ‘Gecondoleerd lees’ ik. ‘Wat een verschrikkelijk drama’. ‘Ik las net op de Telegraaf dat’. Dan ineens op de volgende pagina: ‘succes meiden, doen jullie voorzichtig?’. Ik vind het tegelijkertijd bijzonder en conflicterend, dat internet je in staat stelt om te doen wat je in het echte leven niet kunt: tijdreizen!

Naar aanleiding van een blog dat ik twee weken geleden schreef over je dromen najagen, kreeg ik onverwacht veel vragen. Vragen van mensen die zich afvroegen hoe je dat precies doet, je dromen najagen. Ja weet ik veel, ik leef ook pas voor het eerst. Ze vragen het aan iemand die de dagen achter zijn computer slijt in een wanhopige poging om financiële ellende uit het verleden een plekje te geven. Dat gezegd hebbende, heb ik wel een heel fijn leven. Ik ga twee keer per jaar naar Amerika, letterlijk om op te laden, mogelijkheden te zien en vrienden te ontmoeten. Dat geld kan ik beter besteden, ervan uitgaande dat er een morgen is.

We gaan redelijk vaak uit eten, bestellen redelijk vaak wat, pikken regelmatig een bisocoopje of iets anders leuks. Natuurlijk dat zijn geen bedragen waarmee ik ook maar een gat kan slaan in die financiële muur van het verleden, maar ik zou het slimmer kunnen besteden, ervan uitgaande dat er een morgen is.

Maar dat is nu juist het punt, ik weet niet of die morgen er is en jij ook niet. Ik werk me echt kapot, maar doe ook extreme dingen waar ik van geniet, of het nu reizen naar Amerika is, mijn boek schrijven, dingen in de muziek, of gewoon lekker eten. De afgelopen jaren heb ik regelmatig gehoord: ‘Jij durft je dromen na te jagen, dat vind ik zo geweldig!’. Je zou denken dat het m’n ego streelt, maar het heeft het tegenovergestelde effect. Je dromen najagen zou niet iets bijzonders moeten zijn. Het is je geboorterecht, een verplichting aan jezelf. Als je zoiets roept dan is de reactie steevast: ‘Ja maar je kent mijn situatie niet, ik kan niet, ik weet niet, ik zie niet…’. Laat ik daar duidelijk over zijn: er is altijd een uitweg. Altijd. Er is niets moeilijkers dan afstand nemen van je eigen leven en zien wat die uitweg is, iemand anders kan hem niet voor je vinden en de uitweg hoeft ook niet altijd over rozen te gaan.

Maar kom op! Denk even aan de afgelopen tien jaar van je leven. Wat je hebt gedaan, wat je hebt bereikt, wat je had willen bereiken. Voel hoe snel ze zijn omgevlogen. Ja misschien heb je nu kinderen, verantwoordelijkheden, heck, misschien heb je schulden. Maar dat wil niet zeggen dat je niet kunt doen waar je van droomt, dat je niet kunt doen waar je voor gemaakt bent.

Die snelheid waarmee de afgelopen tien jaar zijn vervlogen, zal zich alleen nog maar verdubbelen. Hoe ouder je wordt, hoe sneller het gaat. Hoe voel je je, denk je, als je tachtig, negentig, wie weet, honderd bent, en je hebt niet gedaan waar je altijd van droomde. Niet alleen dat: je hebt niet gedaan waar je van droomde en je weet dat alle kansen daartoe zijn vervlogen. Pas als het écht niet meer kan, dán weet je dat alle beperkingen die je zojuist voor jezelf hebt opgesomd, ook de beperkingen zijn die je jezelf hebt opgelegd. Je leeft maar één keer, dat heb je vast eindeloos vaak gehoord, en misschien nog vaker zelf gedacht. Maar besef je ook wat het betekent, dat er écht een dag komt dat het te laat is, voorbij, over en uit. Kansen vervlogen. Die dag is niet vandaag.

Neem eens een dag vrij, ga op het strand zitten met de wind in je haren en vraag je af wie je bent. Wie je bent, wat je doet en vooral, wat je zou willen doen. Denk niet aan de beperkingen, aan de mogelijkheden of onmogelijkheden. Wie ben jij, wat wil je. Daarna sta je op en ga je leven verdomme. Vandaag, niet morgen.

Waarom? Omdat je het kunt. Jij zeker!


Gisteren las ik een pijnlijk bericht op de Telegraaf over twee vrouwen op een oranje tandem, die in Argentinië geschept waren door een vrachtwagen. Hartstikke dood, maar wel pas nadat ze geleefd hadden.
[ Read More ]

Posted by Unknown - - 6 reacties

Heb je ooit wel eens in een lift gestaan met een vreemde? Tenzij je een heel sociaal mens bent, heeft dat ongetwijfeld tot een ongemakkelijke stilte geleid. Een liftritje van tien seconden kan dan eenvoudig veranderen in een marteling die minutenlang lijkt te duren. Niet aankijken, vooral niet aankijken. Maar waarheen dan wel? Wie is er ooit op het belachelijke idee gekomen om een spiegel in de lift te hangen? Het ergste is dat niet alleen jij je van de situatie bewust bent, de ander doet precies hetzelfde. Om vervolgens zonder blikken of blozen een 'fijne dag nog' uit te gooien als de deuren zich openen. Een prima voorbeeld van hoe emotioneel gehandicapt we zijn geraakt, volledig niet meer in staat tot spontane sociale interactie.

Ik heb me lang geïrriteerd aan dat gedrag, vooral wanneer ik het zelf vertoonde. Tot ik ineens een oplossing vond, eentje die te simpel is voor woorden. Er is namelijk maar één woord nodig om de ongemakkelijke situatie in de lift te verhelpen.

'liftstilte'

Het is het enige dat je hoeft te zeggen om het ijs te breken. Het woord snijdt als een mes van opluchting door de spanning en veroorzaakte bijna altijd een lach, vaak zelfs een kort gesprek. Dat heeft niet zoveel met het woord te maken, alswel met wat het woord doet: de situatie benoemen. 'Liftstilte' is zo effectief omdat het in één woord de situatie vangt die beide partijen ervaren en daarmee het bestaan van die situatie onmogelijk maakt.

Het begon met een lift, maar ik leerde al snel dat het werkt op veel meer vlakken. Sterker nog, het werkt in alle facetten van het leven. Toen mijn moeder net was overleden had mijn vader een hele moeilijke periode. Soms goede dagen, vaak slechte. Op slechte dagen zocht hij ruzie. Dat zorgde voor stress, totdat ik dezelfde truc leerde toepassen. 'Je hebt het moeilijk vandaag hè?' is alles dat ik hoefde te zeggen. Woede veranderde in verdriet en een gewoon gesprek werd mogelijk.

Benoem het en het zal verdwijnen. Het werkt zonder uitzondering voor alles. 'Waarom schreeuw je tegen me?' en het schreeuwen zal stoppen, 'Ben je boos op me?' en de lucht klaart onmiddellijk op. 'Zit mijn haar misschien gek?' en je weet direct of die dwalende blik iets te betekenen had of niet. Maar ook diepere zaken: 'Vind je mij niet aardig?', 'heb ik je misschien beledigd?' en ga zo maar door. Het zijn vaak de gedachten die je al in je hoofd hebt, maar die je op een of andere reden geleerd hebt niet uit te spreken.

Dat is jammer, want als je leert juist die gedachten uit te spreken, maak je het leven voor jezelf eindeloos veel eenvoudiger. Dan stop je met projecteren en begin je met informeren. Benoem het en het zal verdwijnen.

[ Read More ]

Posted by Unknown - - 10 reacties

Wanneer mensen in retrospect over hun leven praten, hoor je het ze vaak zeggen: ik heb veel fouten gemaakt in mijn leven, veel foute keuzes gemaakt, me met de verkeerde mensen ingelaten enzovoort. Ik vind het knap dat ze dat kunnen zeggen. Ik begrijp wel dat ze het denken, maar het is niet waar. Je kunt bij leven en welzijn onmogelijk bepalen wat de goede en foute keuzes zijn geweest in je leven tot nu toe. De uitkomst van je keuzes kan onprettig zijn, zelfs catastrofaal, maar dat betekent niet per definitie dat ze fout zijn.

Ik heb heel wat ‘fouten’ gemaakt in mijn leven. Om er maar eens wat te noemen: mijn eerste vriendinnetje was nu niet bepaald een heel aardig persoon, dat heeft me veel stress bezorgd en destijds behoorlijk beschadigd. Ik ben rare projecten gestart in mijn jeugdig enthousiasme, dingen als Watch me Get Famous (een project waarbij men mij kon volgen op mijn weg naar de doorbraak als songwriter). Achteraf was dat project, gezien de Idols, Starmakers, X Factors en the Voice formats z’n tijd ver vooruit, maar dat terzijde. Het project achtervolgde me nog vaak bij sollicitaties. ‘Je komt hier toch niet werken om beroemd te worden?’. De titel van het project was fout gekozen, want daar ging het niet om. Vele van dit soort projecten zouden volgen, naar later bleek: omdat ik niet durfde te beginnen aan wat ik écht wilde doen: een boek schrijven. Een project dat flopt is immers maar eenproject.

Nadat mijn moeder overleed ben ik een winkel begonnen, want ik was onoverwinnelijk (immers, het ergste was me al overkomen). Ontzettend veel lol gehad, maar een grote financiële flop, waar ik nog steeds dagelijks de gevolgen van ondervind. Ik besloot dat ik minder afhankelijk wilde zijn van opdrachtgevers, nam personeel in dienst en begon eigen projecten. Ging prima en toen was er de crisis en kwam ik in gigantische problemen, tot aan een bijna faillissement aan toe. Daar heb ik me uit kunnen werken, maar daardoor wel gevangen geraakt in een bestaan met een 120-urige werkweek en een gevaarlijke hoge bloeddruk.

Fout, op fout, op fout, op fout heb ik gemaakt. Verkeerde keuzes en soms verkeerde mensen. Toch? Deels wel, maar ik kan het ook anders zien. Door Watch Me Get Famous kwam ik in contact met Tjeerd Oosterhuis, met wie ik tot op de dag van vandaag nog samen liedjes schrijf, hetgeen onlangs leidde tot mijn eerste gouden plaat. De winkel heeft me financieel genekt, maar door de winkel ontstond er een tijdschrift en door het tijdschrift kwam ik in contact met een aantal mensen in Amerika en een gezin in het bijzonder. Mickey (dezelfde Mickey van gisteren), is een creatief genie, werkt veel voor Disney en heeft me veel zelfinzicht gegeven. Het is dankzij Mickey dat ik het uiteindelijk aandurfde om het boek te gaan schrijven, in het Engels, want meer bereik. Ik kon dat in het Engels, omdat ik door mijn bijna faillissement gedwongen werd van koers te wijzigen en voor een vertaalbureau ging werken, hetgeen mijn kennis van het Engels snel verbeterde. Tijd voor het boek had ik, omdat het bijna faillissement ervoor had gezorgd dat ik een richting moest kiezen, in plaats van een beetje van alles doen.

Ik heb zoveel blunders begaan met die rare projecten die ik heb gedaan, maar al die blunders zorgden ervoor dat ik het eerste project dat er écht toe deed, het boek voor mijn vader, prima in de markt wist te zetten. Dat ik niet vol gas en arrogant te werk ging, maar klein en bescheiden, zoals ik inmiddels had geleerd. Ik moest een Wikipedia-pagina aanmaken voor mezelf, maar dat ging niet, omdat je dat niet over jezelf mag doen (terwijl er toch echt een objectieve bio op stond, geen promotie). De pagina stond op het punt verwijderd te worden (terwijl er naar was verwezen in een krantenartikel), toen iemand bij Wikipedia me te hulp schoot. Het was iemand die ik jaren geleden had leren kennen als de beste vriend van het vriendinnetje dat ik aan het begin van deze blog omschreef als foute keuze.

Pas vorig jaar realiseerde ik me dat alles met elkaar verbonden is, dat alles in het leven samenkomt. Wat heb ik gevloekt om mijn gepruts. ‘Waarom lukt het niet, waarom gaat het niet, waarom kan ik niet doen wat ik wil doen en voel dat ik moet doen’. Het antwoord was dat het er simpelweg niet de tijd voor was. In al mijn frustratie en anticipatie heb ik zonder het te weten het pad geplaveid naar de koers die ik wilde varen.

Zijn het dan toch allemaal goede keuzes geweest? Geen idee, vandaag is maar een tussenstation. Misschien word ik ontzettend succesvol, denk ik de juiste keuzes te hebben gemaakt en sla ik me over tien jaar voor m’n kop dat ik de jeugd van m’n kind(eren) heb gemist, om maar eens wat te noemen.

Je weet het niet. Ik niet, niemand niet. De dag dat je in je kist ligt (of in potje bent gemetseld), is de dag waarop je weet wat er goed of fout is geweest in je leven. Tot die tijd moet je lekker surfen op de golf die de natuurlijke gang van zaken heet!
[ Read More ]

Posted by Unknown - - 1 reacties

Ik houd van minimalistisch, maar in sommige dingen kun je ook een beetje doorslaan. Er kregen wat mensen zere ogen van die fel witte tekst op de zwarte achtergrond. Tijd voor wat verandering dus. Mooi nieuw sausje eroverheen en klaar voor 2012! Vraag niet hoe het kan, geniet ervan!
[ Read More ]

Posted by Unknown - - 1 reacties

Bij het begin van het jaar hoort een opruiming, niet alleen van de geest, maar ook van het bureau en de computer, zodat je in alle opzichten weer vers kunt beginnen. Tijdens het opschonen van de bestanden op mijn computer kwam ik een mapje tegen, een mapje dat ik liever zou zijn vergeten. Het was een mapje met daarin screenshots van de website van de opleiding die Martine twee jaar geleden volgde. Een opleiding waarin ze veel zin had, maar die was uitgedraaid op een complete teleurstelling. Lang verhaal kort: ze zou er leren digitaal ontwerpen, maar men liet haar schilderen, fotograferen, kleuren, om te verhullen dat er niet eens een computer aanwezig was, om me vervolgens wel een gepeperde rekening te sturen. De screenshots waren bedoeld als bewijs dat de site daadwerkelijk een opleiding digitaal ontwerpen had beloofd, mocht ik in een positie komen dat ik het moest bewijzen.

In die positie kwam ik. Ik had daadwerkelijk een zaak (zelfs een getuigenverklaring, terwijl de eigenaar van de prutschool me keihard een leugenaar noemde). Ik was woest, ik haatte deze man. Ik weet dat haten een sterk woord en een nog sterkere emotie is, maar ik haatte deze man vanuit de grond van mijn hart, vanuit het diepste van mijn ziel. Niet alleen omdat ik het geld niet kon missen (voor iets dat ik niet had gekregen), ook niet eens omdat Martine nu een kostbaar jaar van haar leven had weggegooid en het alsnog zonder diploma moest doen, maar vooral omdat de man in kwestie niet alleen weigerde om toe te geven dat hij het verprutst had, maar ook nog eens deed alsof ik de boel aan het besodemieteren was. Maar ik kan niet tegen conflict, het zuigt letterlijk al mijn energie op, dat was het me niet waard.

Ik kan me heel erg kwaad maken om dat soort dingen, om dat soort mensen. Ik kan doen of ik erboven sta, eroverheen stap, maar van binnen borrelt het. Lang stelde ik mezelf gerust met de gedachte dat dit soort mensen zielig is en sneu. Dat ik elke dag thuiskom in een wereld waar ik om mensen geef en andersom, dat ik weg kan lopen van dit soort mensen en zij voor de rest van hun leven aan zichzelf vastzitten. Het is waarheid, maar positief is het niet en daarom voelde het weinig constructief. Ik had het daarover met Mickey, een vriend in Amerika een tijd terug en vroeg hem hoe hij altijd zo rustig bleef. ‘Je moet het hem vergeven, dat is de enige manier om los te laten’, zei hij. Ja maar dat is makkelijk zeg. Dus iedereen kan mij zomaar alles flikken en ik moet het ze vergeven? Dan kan ik net zo goed deurmat op m’n hoofd laten drukken.

Het was niet wat hij bedoelde. Wat hij me probeerde uit te leggen is dat je moet opkomen voor hetgeen waar je in gelooft, maar dat je het bij het onderwerp moet houden. Want negen van de tien keer gaat een conflict niet meer over het conflict, maar is het persoonlijk geworden. Maar bij mij niet, nee, bij mij was het oprecht nog om het conflict. Want oh, als ik ooit rijk zou worden, dan begon ik precies zo’n school als hij, in het pand daarnaast, en maakte ik hem kapot. Kapot hoor je!’.

Lekker volwassen Martin, en inderdaad totaal heel zakelijk, totaal niet persoonlijk. Oftewel, Mickey had gelijk. Dit had niets meer te maken met het conflict waar het ooit mee begon. Erger nog, ik zat me op te vreten, terwijl de man in kwestie me allang vergeten was. ‘Ja maar hij noemde me een leugenaar!’ verdedigde ik mijn hetze nog. ‘Ja, nou en?’ antwoordde Mickey. ‘Hoe kun je je nu laten kwetsen door een vreemde? Weet je hoeveel vreemden er rondlopen? Als je moeder zegt dat je een leugenaar bent, dát is pas erg!’

Het was volledig waar. Ten eerste omdat mijn moeder niet meer leeft, ten tweede omdat het te bizar voor woorden is om je te laten kwetsen door een vreemde. Mickey’s laatste wijsheid deed m’n woede de das om ‘Onthoud dat niemand ’s ochtends op staat met de intentie om jouw dag, jouw leven compleet te verzieken. Iedereen doet waar hij of zij in gelooft, vecht voor datgene waar hij of zij recht op denkt te hebben. Zoals jij over deze man denkt, dacht hij waarschijnlijk ook over jou’.

Wat voelde ik me dom en oppervlakkig na dit gesprek, omdat ik wist dat ik hier heel primitief en testosteronnig mee was omgesprongen. ‘Zeg het dan!’ zei Mickey. ‘Zeg dat je het hem vergeeft’. Mickey moest me nog net niet met een mes dwingen om het te zeggen. Niet omdat ik het niet over m’n lippen kon krijgen, maar gewoon, omdat het best dom klinkt….in de McDonalds.

Ik was dit gesprek, dit moment, dit hele gebeuren alweer helemaal vergeten, wellicht een teken dat Mickey’s woorden effect hadden. Maar vandaag, toen ik mijn pc opschoonde, was daar ineens het mapje. Het mapje met de screenshots. Ik opende, bekeek de inhoud. Moest ik het bewaren? Wat als ik ooit toch nog m’n gelijk wilde halen? M’n oprechtheid moest bewijzen. Ik keek naar links en zag een foto van m’n zoontje. Instant perspectief.

Het mapje is definitief verwijderd. ‘Ik vergeef het je’.
[ Read More ]

Posted by Unknown - - 3 reacties

Een bizarre titel voor een blog, dat realiseer ik me, maar van essentieel belang geweest voor mij in 2011. Een handleiding die ik enige tijd geleden geschreven heb ligt sinds vandaag in de winkel en ik vond het leuk om daar even een linkje naar te plaatsen op mijn Twitter en Facebook, want met mijn eerste roman in het verschiet eind dit jaar, zijn dat twee leuke mijlpalen. Ik kreeg onverwacht veel leuke reacties. ‘Jeetje, je gaat echt lekker he’ en ‘Het lijkt je nu ineens voor de wind te gaan!’ Ik kan het niet ontkennen, het gaat best lekker en dat heeft allemaal te maken met de titel van deze blog.

Ik timmer al jaren heel hard aan de weg. Ten minste, ik heb een hamer, ik weet dat er ergens een weg is, maar vooralsnog heb ik telkens weinig anders gedaan dan lelijk op mijn duim slaan. In 2003 startte ik mijn eigen bedrijf en hoewel ik het leuk vind om te freelancen en prima in mijn eigen behoeften kan voorzien, is het niet waar mijn hart ligt. Een boek schrijven en als het even meezit ervoor zorgen dat ik het uitgegeven krijg, dat was mijn droom. Niet sinds kort, maar sinds ik weet dat schrijven is waar ik gelukkig van word.

Ik was keihard op weg om de persoon te worden die al z’n hele leven prachtige plannen heeft, maar op z’n 80e wakker wordt, ontdekt dat z’n leven voorbij is en dat hij uiteindelijk niet heeft gedaan wat hij wilde doen. Dat voelde ik en daar baalde ik van. Maar met ergens van balen schiet je niet zoveel op. Het enige dat je doet is nóg een negatieve emotie toevoegen aan de stapel vol gevoelens van medelijden omdat hetgeen waarvan je weet dat het in je zit er maar niet uit wil komen. Dat is oprecht ellendig en frustrerend, maar dat zijn wederom twee hele passieve emoties.

Waarom is het dan vorig jaar ineens wel gelukt? Waarom schreef ik ineens de roman die ik al jaren wilde schrijven? Niet omdat ik zo goed ben of zoveel zelfkennis heb. Het was simpelweg een kwestie van op de rem trappen. Dat is een les die ik lang geleden leerde, maar pas vorig jaar toepaste. Als je het gevoel hebt dat zaken uit de hand lopen of de dingen niet gaan zoals je wilt, dan moet je op de rem trappen, een stap achteruit doen, kijken wat er mis is en dat fixen.

Wat er bij mij mis was, was de angst om te beginnen, want beginnen aan mijn grootste droom betekent dat ik op korte termijn zou ontdekken of hij waarheid zou worden of uit elkaar zou klappen. Maar de vraag niet stellen betekent niet dat het antwoord niet bestaat, dus beginnen moest ik. ‘Morgen, niet vandaag’. Zo bleef morgen altijd morgen. Dat ging nergens heen. Nu, ik moest nu beginnen! Dat zou dan ook doen. ‘Morgen’. Het is het beste vergelijken met in je warme bedje liggen op een dag dat je er niet uit hoeft, maar ook je dag niet wilt verslapen.

‘Ik ga er echt uit. Nog vijf minuutjes. Nog vijf dan. Nog drie. Toch weer vijf. Verrek, ben ik in slaap gevallen? Nog vijf minuutjes’. En zo sukkelt je leven voort. Dat kan een deprimerende gedachte zijn, ware het niet dat je uiteindelijk je bed uit bent gekomen. Het kán dus wel, een eind maken aan die zelffopperij. Als je uit je bed kunt komen op een luie zaterdag, dan kun je ook vandaag beginnen met datgene waar je al jaren van droomt. Niet morgen, vandaag. Niet zeiken, uit bed komen.

Het was die gedachte die ervoor zorgde dat ik uiteindelijk mijn boek ging schrijven. Vandaag, niet morgen. Maar daar was nog iets meer voor nodig. Een boek is echt heel veel werk. Tienduizenden woorden, daar ben je eindeloos lang mee bezig en dat was een van de redenen dat ik er nooit aan was begonnen. Tot ik besloot elke dag een pagina te doen. 90 duizend woorden klinkt als een berg werk. Toch waren er maar drie maanden en duizend woorden per dag voor nodig en ineens was het klaar.
Het voelde alsof ik het licht had gezien. Sindsdien hak ik, zonder overdrijven alles in stukjes. Alles dat ik teveel werk vind, alles waarvan ik denk dat ik het niet kan dragen, hak ik in stukjes en dat heeft ervoor gezorgd dat er ineens een stuk meer gebeurt en lukt. Het is eigenlijk heel logisch. Want je kunt vast een hele pizza op, maar dat ding schuif je ook niet ineens naar binnen.

Het is de filosofie die van 2011 echt een goed jaar heeft gemaakt en dat is waarom ik het wil delen. Wat zijn jouw dromen? Wat heb je altijd al willen doen, maar is er nooit van gekomen. Ben je je bewust van het feit dat vandaag nooit meer terugkomt, en je écht maar één keer leeft? Voorbij is voorbij en je krijgt geen tweede kans. Kom uit bed en hak het in stukjes, je bent het jezelf verschuldigd. Jaag je dromen na, vandaag nog!
[ Read More ]

Posted by Unknown - - 4 reacties

Nieuwjaarsdag, de eerste dag van het nieuwe jaar. Een dag waarop je de restjes nog even lekker op mag eten, bij familie langs kunt gaan of lekker voor de buis kunt hangen om alles te bekijken dat je gisteren hebt opgenomen. Maar ook een dag waarop je stiekem alvast vooruitkijkt. Wat ga ik allemaal doen dit jaar, waar kijk ik naar uit, wat vrees ik? Afhankelijk van hoe je in elkaar steekt, kan die vraag ook een stuk dieper gaan. Wie ben ik, wie wil ik zijn dit jaar, wat definieert mij en wat vind ik daarvan?

Op één bezoekje na zijn wij vandaag niet naar familie geweest, we hebben lekkere hapjes gegeten en gekeken wat er gisteren op televisie was. Niet opgenomen overigens, want wij zijn hip, betalen een godsvermogen aan UPC en kunnen het daarom fijn terugkijken. De oudejaarsconference is een must, dus Youp was eerst aan de beurt. Ouderwets fijn en goed te weten dat die man het nog kan, maar vooral ook dat hij vijftien jaar geleden grapte over een autotelefoon en eind 2011 over Twitter. Meegaan met je tijd, knap.

Niet zo knap echter als wat ik Beau van Erven Dorens heb zien doen met zijn oudejaarsconference. Ik had ervan gehoord, Beau is ineens komiek, maar hoe de vork in de steel zat wist ik niet precies. Ik was nieuwsgierig, maar niet nieuwsgierig genoeg om te gaan kijken. Het was uiteindelijk mijn vader die me aanraadde het te bekijken vandaag en wat ben ik blij dat ik dat heb gedaan (en wat ontzettend dom dat SBS de documentaire over dit avontuur van Beau niet heeft uitgesmeerd in een soap, dat had het aantal kijkers zeker verdubbeld).

Kijk, je kunt vinden wat je wilt van Beau. Je kunt het een kakker vinden, een kwal, een studentje met rimpels of juist heel sympathiek. Voor mij is hij stiekem altijd een beetje een held geweest. Gesmuld heb ik van Deal or no Deal, niet eens van het format, maar van hoe het werd gepresenteerd. Helden vallen soms van voetstukken en Beau deed dat met zijn overstap naar SBS. De ene flop na de andere, prachtige ideeën, maar niets dat wilde aanslaan. Het werd zo langzamerhand een beetje de Raymond van Barneveld onder de presentatoren, een beetje zielig en sneu zelfs als ik het mag zeggen.

Maar vanaf vandaag is Beau van Erven Dorens weer een held, meer dan ooit. Was zijn conference dan zo hilarisch? Is hij zo’n briljant komiek? Was de show zo goed? Nee, dat is niet de reden. Ik vond de show echt leuk, heb gelachen, zelfs wat emotionele momenten gezien en kippenvel gekregen aan het eind toen de finale terugpakte op een eerder item. De kans is groot dat ik vooral zo genoten heb omdat de documentaire me liet zien welke lijdensweg eraan vooraf ging, misschien had ik het zonder dat een stuk minder indrukwekkend gevonden. Ik weet dat niet, die kennis kan ik niet uitwissen.

De reden dat ik Beau een enorme held vind, is niet omdat hij goede grappen maakte, leuke liedjes zong en zelfs aanzette tot nadenken, nee, de reden is dat hij het lef heeft gehad om zichzelf en plein public opnieuw te definiëren. Dat is niet zomaar knap, dat is echt buitengewoon bijzonder. Mensen hebben de neiging om vast te zitten in wat ze doen en wie ze zijn. ‘Dit is nu eenmaal wat ik doe’, ‘dit is nu eenmaal wie ik ben’. Zelfs een eenvoudige carrièreswitch boezemt de meeste mensen voldoende angst in om er vanaf te zien.

Had Beau nog enorm veel succes, dan had ik het minder indrukwekkend gevonden. Drijvend op een roze wolk, gedragen door de positieve reacties van je fans, krijg je immers vleugels en kun je een hoop. Maar op je rug liggen, je ene na de andere idee en droom kapot hebben zien gaan en dan het lef hebben om voor het toeziend oog van heel Nederland iets op te pakken dat je nog nooit hebt gedaan? Kapot gaan op weg daarnaar toe, ermee willen stoppen, je afvragen waarom je het doet en dan toch doorgaan? Dat vind ik niet knap, dat vind ik bijna bovenmenselijk en dat moet niet worden onderschat.

Het meest bijzondere hieraan vind ik nog wel dat Beau iets heeft geflikt dat Youp, Freek noch Guido ooit voor elkaar heeft gekregen. Het zette me aan het denken. Niet over het leven, maar over mezelf. Wie ben ik, hoe definieer ik mezelf en wat vind ik daarvan? Ik vraag me daadwerkelijk af of hij zich realiseert (of heeft gerealiseerd) dat dit de bijwerking was. Niet zozeer van z'n show, maar wel van z'n project. Kijk naar wie je bent. Wat vind je van jezelf? Ben je tevreden of moet het roer eigenlijk om en durf je dat? Beter willen en kunnen zijn dan wie je vandaag bent. Ik vind het een prachtige gedachte voor 2012.

Wat een held!
[ Read More ]