We hebben ons natuurlijk wel een beetje moeten aanpassen. Op blote voeten door het huis kan nog steeds, als helse pijnen aan je voetzolen geen ding zijn waar je moeite mee hebt. Die eerste stappen uit je bed, nog niet helemaal wakker, en dan met je lompe poten snoeihard in het puingruis, zo ziet de hel er uit. Vervolgens verblind door een fel bouwvakkerslicht aan het einde van een lange gang, dat geeft natuurlijk weer een hele ander gevoel. De hel en de hemel in één gang, echt, dat kan alleen bij ons.
De lekkage bleek dus definitief bij ons te zitten. Niets geen oude stervende mannen, maar een gesprongen waterleiding. Die had natuurlink links in de boilerkast kunnen zitten, of rechts bij de leidingen, maar wat denk je zelf, zou dat iets voor ons zijn? Precies, dat lek zat dus gewoon in het beton onder ons laminaat. Kliklaminaat? Nee joh, lijmlaminaat, het soort dat je moet openbreken. Gevolg: openbreken die handel en met een drilboor het beton in. Echt, de onderburen moeten inmiddels zo onwijs fan van ons zijn. Men zegt wel eens, als je denkt dat je het zelf slecht hebt, dan moet je eens gaan kijken bij mensen die het nog slechter hebben. In dat licht heeft Tine een bezoekje gebracht aan de winkel op de onderste etage. Ik ben er niet bij geweest, maar alleen al van de gedachte aan de opmerking: "Joh, hebben jullie lekkage?" krijg ik een glimlach van oor tot oor.
Anyway, verzekeringstechnisch is alles in orde zo blijkt. De onderbuurtjes doen het via hun eigen verzekering, daar zijn wij dus niet voor verantwoordelijk. Fijn zo, want die waterschadeverzekering hebben wij niet op vijf hoog, dat leek ons net zo nuttig als een brandverzekering voor een iglo (met smeltclausule). Of het verzekeringstechnisch nog gevolgen heeft dat weet ik niet, maar wat zelfs Tine niet weet, is dat dit hele verhaal mijn eigen schuld is. Ja echt, ik heb het geSecret. Het zit zo. We gaan maandag dus op vakantie en nu heb ik voor mijn neefje (ja, echt niet voor mezelf) een afstandbestuurbare boot gekocht, zodat we kunnen varen op het water. Ik heb alleen geen idee hoe en of dat ding werkt en ik wil een teleurstelling (weer voor dat neefje) voorkomen. Dus wat heb ik gedaan? Ik heb in gedachten, keihard, ijskoud en zonder enige aarzeling de gedachte opgeroepen: "Verdorie, ik wou dat we in een omgeving met meer water woonden." Alsjeblieft Gijzemijter, jij je zin, huis vol water.
Jan de opvulman is gisteren weer langsgeweest en heeft het gat dat hij heeft gemaakt weer dichtgesmeerd. Overigens snappen wij het klustaaltje nog niet helemaal: "Ja, ik maak het gat nog niet helemaal dicht, want het is nog zo vochtig, als ik dat helemaal dicht ga smeren dan heb je over twee weken een feestje in je vloer". Prima, kenners moet je hun ding laten doen. Ik kom terug...wat denk je? Vloer dicht. Snel weer over op de het kan me allemaal niet schelen modus lalalalala roze wolken lalalala. Ach, wij houden wel van een feestje.
Hoe we het nou precies gaan doen met die vloer weet ik niet. Het hele laminaat in de woonkamer is naar de knoppen, wat niet erg is, want ik vond het toch al niet mooi. Het is alleen volstrekt onduidelijk hoe, of en op welke verzekering we dit nou moeten verhalen. Maar dat is niet het grootste probleem. Er is een regel in ons huis, waar nooit regels zijn. Het dichtgesmeerde deel is nog nat, met de instructie dat we op het donkere gedeelte niet mogen lopen. Ik zweer je, als een magneet! Elke keer als ik er langsloop droom ik ervan om mijn voet heeeeel eventjes midden in het donkere stuk te plaatsen, gewoon, als niemand kijkt. Mijn eigen walk of Fame, midden in de gang, verborgen onder een stuk plaklaminat. Geluk zit in kleine dingen.
Dit verhaal is uiteraard nog niet af. Er gaat nog gedoe volgen met verzekering, laminaat kopen, laminaat leggen (iemand handig?) en natuurlijk zorgen dat het laminaat past bij de rest van het huis. Maar weet je? Lekker belangrijk. Ik hoef de schade niet te betalen, en dat laminaat dat komt er wel. We gaan nu eerst twee weken op vakantie met de leukste kinderen die ik ken. In een natuurgebied...met water...maar dan gewoon waar het hoort. Mijn boot is zó cool.